De Petroleumhaven, aangelegd tussen 1885 en 1889 in de Amsterdammer Polder. De haven verving het Amsterdamsch Petroleum Entrepot (in Noord, tegenover CS), dat te klein was geworden en bovendien gevaarlijk dicht bij de stad lag.
De haven werd hoefijzervormig, met de twee uiteinden aan het Noordzeekanaal en daartussen een eilandje. Door de twee uiteinden zou er voor schepen altijd een nooduitgang zijn. Ze waren af te sluiten met drijvende balken, zodat eventuele drijvende brandstof de haven niet zou kunnen verlaten. Het eilandje was bedoeld voor stoffen die nog brandbaarder waren dan petroleum, zoals nafta.
In de eerste dagen van de Tweede Wereldoorlog werd de haven door Britse troepen in brand gestoken. Na de oorlog werden de verwoeste installaties herbouwd. In de jaren 1990 is de oostelijke havenmond gedempt.
Petroleumhaven. Petroleumhavenweg