• 1850-1940
  • Wederopbouw
  • Na '65
  • Complexen
  • Personen & organisaties
  • Thema's
  • Bouwstijlen
  • Zoeken
  • - - - - - - -
  • Monumenten
  • - - - - - - -
  • Over, bronnen, copyright etc.
  • Privacyverklaring
  • start
  • Amsterdam op de kaart

    Kaartlagen

    Basis

    Historische kaarten

    Kaarten

    Uitbreidingplannen

    Werkfonds

    De wereldwijde economische crisis van de jaren 1930, ingezet na de beurskrach van 1929, raakte ook Amsterdam. De werkloosheid in de hoofdstad liep snel op, van 8000 werklozen in 1929 tot 60.000 in 1936, ongeveer 20% van de beroepsbevolking.

    De rijksoverheid besloot in 1933 een fonds in te stellen voor de financiering van openbare werken om de werkgelegenheid te stimuleren. In beleidstaal heette dat werkverruiming, op straat sprak men van werkverschaffing. Helemaal correct was dat niet: werkverschaffing is vooral bedoeld om werklozen een nuttige tijdsbesteding te geven. De financiering door het fonds bestond uit voorschotten waarover gemeenten de eerste jaren geen rente hoefde te worden betaald.

    Projecten van het Werkfonds waren berucht om de lonen, die verplicht lager waren dan gangbaar in de markt. Er werden moeizame onderhandelingen over gevoerd met vakbonden; als er geen overeenstemming werd bereikt over de arbeidsvoorwaarden ging het project niet door.

    In februari 1935 hadden gemeente, rijk en vakbonden overeenstemming bereikt over de eerste Amsterdamse projecten: het maken van enkele oevervoorzieningen langs kanalen, een rioolgemaal op het J.D. Meijerplein, een opvang voor onbehuisden op de Weesperzijde, en twee bruggen, de Doelensluis en de Jan van Galenbrug. Het ging om bij elkaar ʒ 1,2 miljoen.

    Eind 1935 werden voor Amsterdam 18 nieuwe projecten goedgekeurd, waarvoor ʒ 3,5 miljoen werd gereserveerd. Daarmee werd ongeveer een jaar werk gecreĆ«erd voor 900 personen. Het grootste bedrag, ʒ 685.000, was voor de voltooiing van de chirurgische kliniek van het Wilhelmina Gasthuis. Voor het ziekenhuis werden ook een oogheelkundige kliniek (ʒ 485.000) en een observatiehuis voor infectiepatiĆ«nten (ʒ 425.000) gefinancierd. Voor de riolering van de binnenstad werd ʒ 600.000 uitgetrokken. Onder de overige projecten zaten er zes voor in totaal tien bruggen, waaronder vijf over het Jacob van Lennepkanaal. Die werden vernieuwd en verbreed. Geheel nieuw waren de bruggen over de Rijpgracht en voor de Tweede Van der Helststraat.

    Eind 1936 was de derde reeks Amsterdamse projecten bekend die (gedeeltelijk) uit het Werkfonds betaald werden, voor een bedrag van ʒ 4,6 miljoen. Het ging om het nieuwe hoofdbureau van de politie, de Schinkelsluis, verdere verbetering van het Rokin, en de overbrugging van het Vondelpark.

    Later volgden nog enkele projecten. Het fonds werd in 1939 afgeschaft; in plaats ervan kwam de Rijksdienst voor de Werkverruiming.

    Het bekendste Amsterdamse voorbeeld van een werkverschaffingsproject is het Amsterdamse Bos, het Boschplan. De aanleg ervan begon in 1934. Het recreatiegebied werd niet door het Werkfonds gefinancierd.

    Alle thema's

    Bronnen & links:
    Laatste wijziging:
    juni 2021

    Zoeken