Joden mochten ten tijde van de Republiek wel gebedshuizen bouwen, in tegenstelling tot bijvoorbeeld katholieken. De grote Portugees-joodse synagoge op het Mr. Visserplein (1675) werd zelfs een toeristische attractie.
Ook tussen 1850 en 1940 werden nieuwe gebedshuizen gebouwd. Het waren er echter lang niet zoveel als bij de christenen, vermoedelijk vanwege de vele huiskamer- en kleine buurtsynagoges. Daarnaast hadden veel Joden zich 'bekeerd' tot het a-religieuze socialisme.
Grotere nieuwe synagoges verrezen in de Gerard Doustraat (1892), Heinzestraat (1928) en Lekstraat (1937). De veelgeprezen Synagoge Oost in de Linnaeusstraat (1928, Jacques Baars), in de stijl van de Amsterdamse School, werd in 1962 afgebroken wegens bouwvalligheid.