2 juni 1845 - 26 januari 1922
De Amsterdammer Jan Wilhelm (of Willem) Meijer (of Meyer) was een zoon van de bouwopzichter Willem Meijer. Zijn broer Gerrit Willem (1847-1919) was ook bouwkundige.
Een formele opleiding tot architect had hij niet, maar dat belette hem niet zich toch zo te noemen. Aanvankelijk werkte hij bij de brandweer, als officier. Het is niet bekend of hij een bouwtechnische opleiding heeft gevolgd of dat hij bij de brandweer de nodige bouwkennis opdeed. Vanaf circa 1878 was hij actief als bouwkundige.
Zijn eerste project was vermoedelijk een wagenmakerij annex smederij met twaalf arbeiderswoningen op de Lindengracht (1877). Hij heeft diverse grote fabrieksgebouwen ontworpen, zoals de diamantslijperij Boas (1878) op Uilenburg en de Deli-brouwerij (1886) aan de Weesperzijde.
Jan Meijer was een ondernemend type. Hij had aandelen in de in 1878 opgerichte meelfabriek "De Amstel". Van 1882 tot 1885 had hij een vennootschap met E.S. Neeter "tot het drijven eener diamantslijperij", op de Plantage Muidergracht. In 1886 was hij een van de oprichters van de Deli-brouwerij. Later, in 1900, nam hij deel in een NV "Maatschappij tot exploitatie van stoom-wasch-, bleek- en strijkinrichtingen". Andere deelnemers in die wasserij waren leden van zijn schoonfamilie, Moeton.
Hij was ook enige tijd huisarchitect van de Nederlands-Israƫlitische Hoofdsynagoge.
Meijer trouwde in 1872 met Maria Catharina Moeton, een zus van de architect Hendrik Moeton jr. Het paar verhuisde in 1901 naar Nederhorst den Berg. Meijer heeft nadien nog diverse villa's in het Gooi ontworpen. Hij overleed in 1922 in Apeldoorn.