• 1850-1940
  • Wederopbouw
  • Na '65
  • Complexen
  • Personen & organisaties
  • Thema's
  • Bouwstijlen
  • Zoeken
  • - - - - - - -
  • Monumenten
  • - - - - - - -
  • Over, bronnen, copyright etc.
  • Privacyverklaring
  • start
  • Amsterdam op de kaart

    Kaartlagen

    Basis

    Historische kaarten

    Kaarten

    Uitbreidingplannen

    Afbeelding uit: november 2019. De noordelijke tunnelmond.
    Afbeelding uit: september 2018. De zuidelijke tunnelmond.
    Afbeelding uit: november 2019. Het ventilatiegebouw in Noord.
    Afbeelding uit: november 2019. Het ventilatiegebouw in Noord (noordzijde).
    Afbeelding uit: oktober 1964. Maquette van het zuidelijke ventilatiegebouw.
    Afbeelding uit: november 2019. Het zuidelijke ventilatiegebouw.
    Afbeelding uit: november 2019. Het zuidelijke ventilatiegebouw.
    Afbeelding uit: september 2018. De plaquette. "IJ-TUNNEL
geopend 30 oktober 1968
door H.M. Koningin Juliana"
    Afbeelding uit: september 2018.
    Afbeelding uit: september 2018. De oostbuis tijdens een open dag voor voetgangers.
    Afbeelding uit: oktober 1963. De noordelijke tunnelmond. Het huis geheel links is Meeuwenlaan 11.
    Afbeelding uit: mei 1965. Het eerste segment ligt op zijn plek in het Oosterdok.
    Afbeelding uit: oktober 1965. Het platform waarmee de fundering werd gemaakt.
    Afbeelding uit: oktober 1968. Opening door koningin Juliana en burgemeester Samkalden, op 30 oktober 1968.
    Afbeelding uit: september 2010.

    De IJtunnel, de belangrijkste verbinding voor gemotoriseerd verkeer tussen het centrum en Amsterdam Noord. De totale lengte bedraagt 1.682 meter, waarvan 1.039 meter gesloten.

    Over de bouw van de tunnel is lang gedacht en gediscussieerd. Al in 1850 maakte ir. W.C. Brade een ontwerp voor een gietijzeren tunnel tussen Nieuwebrugsteeg en Tolhuis. In de jaren 1920 pleitte het raadslid (en architect) Z. Gulden voor een tunnel, en Publieke Werken liet weten een verkeerstunnel onder het IJ technisch mogelijk te achten. Er kwam een ontwerp met spiraalvormige toegangswegen, ook geschikt voor trams. Tot een voordracht kwam het vooralsnog niet.

    PW werkte 1931 een aantal varianten uit en concludeerde dat een tunnel met mondingen bij het Van der Pekplein en in het Oosterdok het goedkoopst zou zijn.

    Bij het vaststellen van het Algemeen Uitbreidingsplan in 1935 besloot de gemeenteraad dat er een tunnel moest komen - hoewel de opstellers van het plan dat niet nodig achtten. Na de oorlog, in 1953, werd gekozen voor een ietwat oostelijke locatie, waarmee de tunnel onderdeel werd van het ook aan te leggen verkeerstracƩ door Weesperstraat en Valkenburgerstraat, dat in Noord aansluit op de Nieuwe Leeuwarderweg.

    Het Rijk ontkende de noodzaak van een centrale tunnel en weigerde de bouw te financieren. Het bouwde wel de oostelijk gelegen Schellingwouderbrug (1957) en begon aan de westkant van de stad met de Coentunnel (gereed 1966). Amsterdam besloot de tunnel zelf te betalen. De bouw begon in 1961 (al in 1955 was een begin gemaakt met de bouwput).

    Het gemeentebestuur had al in 1955 een afdeling Tunnelbouw ingesteld bij de dienst Publieke Werken. Die afdeling verzorgde het ontwerp en leidde de bouw. De karakteristieke ventilatietorens waren toebedeeld aan architect E. Hartsuyker van PW.

    De tunnel bestaat voor het grootste deel uit negen betonnen segmenten van circa 90 meter lang. De segmenten werden in de buurt van Tuindorp Oostzaan gebouwd in een dok, over water naar de juiste plek gesleept, en daar afgezonken. Ze rusten op een fundering van 220 geboorde palen die tot de derde zandlaag reiken, zo'n 80 meter diep.

    Onder de spoorbaan was die werkwijze niet mogelijk; daar kwamen vier caissons van in totaal 138 meter, rustend op de tweede zandlaag. Daarop werden ter plekke nog twee tunnelsegmenten gebouwd.

    De tunnelwanden werden aan de binnenzijde bekleed met geƫmailleerd plaatstaal; die zijn in de 21ste eeuw verwijderd. De wanden hellen enigszins achterover, om het geluid naar het absorberende plafond te geleiden.

    De tunnel wordt van frisse lucht voorzien door de ventilatiegebouwen. Daarin kwamen acht (zuid) resp. vier (noord) schoepen met een doorsnede van ruim drie meter, die vuile lucht uit de tunnel zuigen en via de torens wegblazen.

    Voor de aanleg van de tunnel werden op beide oevers de nodige gebouwen afgebroken. Op de zuidelijke oever een deel van het marine-etablissement, en voor de aansluiting op het verkeerstracƩ enkele huizen aan Prins Hendrikkade en Foeliestraat. In Noord sneuvelden fabriekspanden bij de Adelaarsweg en Valkenweg.

    In 1997 was boven de zuidelijke toerit wetenschapsmuseum Nemo gereed, een ontwerp van architect Renzo Piano.

    De tunnel is diverse malen gerenoveerd, voor het laatst in 2016.

    Erfgoedclub Heemschut nam de ventilatiegebouwen in 2019 op in zijn lijst met belangrijke bouwwerken uit de periode 1966-1990.

      IJ-tunnel. IJ-tunnel, Piet Heinkade 2, Meeuwenlaan 9

      Datering:
      1968
      Ontwerp:
      Publieke Werken
      Bouwstijl:
      Oorsponkelijke functie:
      Tunnel
      Status:
      -
      Bronnen & links:
      Laatste wijziging:
      oktober 2021

      Zoeken