Twee hoge panden aan de Zwanenburgwal, een woonhuis en een pakhuis, werden in 1936 afgebroken en vervangen door dit nieuwe pakhuis, dat doorloopt tot aan de Verversstraat. Een toen gebouwde luchtbrug over de Verversstraat vormde de verbinding met het pand van G.J. Leeuwenberg & Zonen's IJzerhandel aan de Groenburgwal, de opdrachtgever van het nieuwe pakhuis.
Leeuwenberg was een groothandel in ijzerwaren, voortgekomen uit de ijzerwinkel van Goverinus Johannes Leeuwenberg in Delft. Die winkel deden de zonen in 1896 van de hand; de groothandel verplaatsten ze naar Amsterdam, naar Groenburgwal 13.
Het bedrijf breidde zich geleidelijk uit. Zo werd in 1932 een nieuw pakhuis gebouwd op Zwanenburgwal 20, later bekend als de Kleine Leeuwenberg en ontworpen door dezelfde architect Leeuwenberg als die naar wiens ontwerp in 1936 dit pakhuis werd gebouwd.
Dit grote pakhuis kreeg vloeren van gewapend beton en twee liften. Het telde zeven bouwlagen plus een zolder en was zo'n 23 meter hoog, exclusief de machinekamer van de liften.
De architecten Leeuwenberg en Van Opstal hadden een bureau aan de Keizersgracht. Godefridus Maria Leeuwenberg (1899-1967) was een kleinzoon van de oprichter van de ijzerhandel. De vader van de architect, J.P.G.H. Leeuwenberg, was in 1911 uit de vennootschap gestapt, waarna diens broer A.J.M. (Anton) Leeuwenberg alleen de leiding had over het bedrijf. In 1936 was de leiding in handen van J.M. en S.W. Koot.
In 1969 werd de ijzerhandel verkocht; het bedrijf behield de leeggekomen panden en wilde ze afbreken om plek te maken voor een hotel. Het complex kwam in handen van een projectontwikkelaar, werd in 1975 gekraakt, later gekocht door de gemeente en verbouwd tot woningen (1988). Toen kregen de gevels uitwendige isolatie, afgewerkt in geel, oranje en paars (architecten Rappange en Visser).
Oorspronkelijke huisnummers: Zwanenburgwal 38-40, Verversstraat 7.
Leeuwenberg. Zwanenburgwal 50-60, Verversstraat 27-29
Er zijn 17 afbeeldingen in de beeldbank van het Stadsarchief die gerelateerd zijn aan dit adres.