Winkelhuis op de hoek met de Slootstraat, onderkelderd en met twee bovenwoningen. De begane grond werd aanvankelijk gebruikt als café en slijterij. Kenmerkend is het grote vlak dat voor een gevelreclame werd vrijgehouden.
Het project betrof een verbouwing van een bestaand winkelpand met zes bovenwoningen.
De eerste steen werd gelegd door de zesjarige Geertruij Brinkhuijsen. Haar vader Anthony (1862-1935) was de tapper en opdrachtgever voor de verbouwing; de tapvergunning stond op naam van zijn vrouw Geertrui Böhne (1868-1932). Andere leden van de families Brinkhuijsen en Böhne waren later ook betrokken bij de zaak.
Vanaf de jaren '50 (?) diende de begane grond als rijwielstalling.
De ontwerper van het pand, Jac. Bas, was vooral actief als aannemer. Hij bouwde eerder een café op het Rapenburgerplein. Op de oorspronkelijke tekeningen en de vergunningaanvraag wordt overigens de bouwkundige L.J. de Wolf genoemd als ontwerper.
Madelievenstraat 8, Slootstraat 2
Er zijn 9 afbeeldingen in de beeldbank van het Stadsarchief die gerelateerd zijn aan dit adres.